Artisjok

Teelt en seizoen 

De artisjok draagt de Latijnse naam: Cynara scolymus L. Deze plant komt voor in het Mediterrane gebied. De plant komt al in de 8ste eeuw voor Christus voor.

Artisjokken zijn eigenlijk de bloemknoppen van een distel. Deze grijsgroene bloemknoppen bestaan uit vele kleine blaadjes die om een bloembodem zijn gevouwen. Op deze bloembodem (het ‘hart’ genoemd) groeit een soort harig ‘hooi’. De bloemknoppen worden geplukt voor ze in bloei gaan. Laat je een artisjok doorgroeien? Dan gaan de blaadjes open en ontwikkelt zich het ‘hooi’ dat binnenin zit tot een prachtige paarse bloem.

De gesloten bloemknoppen worden in augustus en september geoogst. Na het oogsten wordt de bloemstengel uit de plant gesneden. De planten worden in de winter beschermd tegen de vorst door ze af te dekken met een flinke laag stro.

Tip

Een artisjok weegt 40 gram. Een leuke bijdrage aan de 250 gram die je dagelijks nodig hebt.

Artisjok smaak

De artisjok heeft een zacht, licht bittere smaak.

Artisjok kun je zo gebruiken:

• In zijn geheel koken en dan blaadje voor blaadje 'leegzuigen'. Als alle blaadjes eraf zijn, het hooi wegsnijden en de bodem opeten. Lekker met een vinaigrette of een knoflooksausje. 
• Hele artisjokken vullen met een garnalen-, ei-, of hamsalade (blaadjes openvouwen en hooi wegsnijden, dan is er ruimte om te vullen). 
• Gekookte bodems op (volkoren)pizza’s en in salades. 
• Artisjokkenharten door de volkorenpasta samen met ham en tomatensaus. 
• Hele kleine artisjokken kunnen in zijn geheel gegeten worden. Bijvoorbeeld gegrild van de barbecue of gebakken in de oven.